Klimmende blauwe winde kennen wij als klimplant in de tuin. In de jaren zestig werd bekend dat de zaden van deze plant dezelfde werking hebben als de hallucinogene paddestoel ololiuqui, in gebruik bij Zuidamerikaanse shamanen. Als er geen paddestoelen waren, gebruikten de Indianen deze zadenom in een entheogene trance te komen. Toen dat nieuws eenmaal bekend was, gingen de zakjes zaad van de klimmende blauwe winde in plantenzaken opeens als zoete broodjes over de toonbank. Ook wij waren van de partij. Voor een trip heb je vijf tot tien gram zaadjes nodig, dat je in een vijzel moet fijnstampen. Binnen een half uur na het eten ervan begint het effect; helderheid in het hoofd en loomheid in je lichaam. Vaak word je, net als bij peyote, misselijk. Dat is een vervelend bijverschijnsel, waar je je niet bezorgd over hoeft te maken. Het gaat voorbij, terwijl de werking blijft, zelfs als je moet overgeven. Het helpt als je van tevoren niet eet. Het resultaat is een prettige roes, die een uur of vijf duurt.Toen bekend werd dat de zaden gebruikt werden als psychonautisch middel, besloten sommige zaadhandelaren ze met een gifstof te bespuiten. Daarna nam het gebruik af en tegenwoordig hoor je er nog maar zelden over. Maar als je zelf een hemelsblauwe winde laat groeien, is het zaad niet giftig en heb je een befaamd entheogeen middel uit eigen tuin.